Overzicht van het blokbeveiligingssysteem

Dit systeem is gebaseerd op het veiligheidssysteem van de "echte" spoorwegen: per baangedeelte kan slechts één trein aanwezig zijn, de erop volgende treinen moeten wachten tot het volgende "blok" vrij is, en stoppen of vertragen naargelang het sein dat ze 'te zien' krijgen.

Elk kadertje in het overzichtsschema hieronder stelt een module voor, een op zich staande elektronische schakeling, die elektrisch verbonden is met andere modules.
De meeste schakelingen bestaan uit meerdere identieke modules: de melders zijn zelfs met 9 op één printplaatje ondergebracht.

Korte verklaring van de gebruikte modules:

Wisselstand: een schakeling die de stand van de wissel(-straat) omzet naar begrijpbare signalen voor het 'blokveilig' blok Deze module hoort op zich niet echt bij het bloksysteem, maar kan nodig zijn in de stations.
Man/Aut: een centrale schakelaar op het bedieningspaneel, die de hele baan omschakelt tussen verschillende automatiseringsniveaus: manueel, bloksysteem, semi-automatisch of computergestuurd.
Blokveilig: schakeling die vanuit bezetmelders, wisselstand, toestand volgblok, ... signalen doorgeeft naar de 'spoorsein'-module
Melder: = de bezetmelder, die detecteert of een spoor wel of niet bezet is door een loc en/of wagens
Power: de eindtrap van de snelheidsregelaar: een fors transistorpaar met een gloeilamp-zekering
Snelheid: de snelheidsregelaar, die digitale ingangsniveau's omzet naar een analoge stuurspanning
Spoorsein: zet de signalen van 'blokveilig' om naar de digitale nivo's voor 'Snelheid', rekening houdend met de plaats van de trein binnen het aan te sturen blok.
Noodstop: deze hoort eigenlijk niet echt bij het bloksysteem. Het is een via diverse schakelaars aan te sturen manuele onderbreking van de snelheidsregelaars, waardoor alle treinverkeer onmiddellijk stopt.

Onderstaande foto's tonen hoe de diverse modules in de praktijk zijn opgebouwd en aangesloten:

Zie ook: snelheidsregeling - seinen - panelen - wissels